Adelbertus, een omstreden heilige
Column: Chris Houtman
Gepubliceerd: 25 juni 2021
Je hebt de Adelbertus school in Alkmaar en de voormalige Adelbertusschool in Bergen. In Egmond vind je de Adelbertus Abdij, de Adelbertus Akker, de Sint Adelbertusweg, Sportvereniging Sint Adelbert, de Adelbertus Hoeve en niet vergeten natuurlijk: het biermerk Sancti Adelberti. De heilige is niet alleen populair in deze regio. In Haarlem is er de Adelbertus parochie, in Heemskerk de Adelbertus scouting en in Wassenaar het Adelbert College. Vandaag 25 juni, op zijn officiële RK feestdag, helaas slecht nieuws voor alle mensen die de heilige of de naar hem vernoemde instituten of verenigingen een warm hart toedragen: de Adelbertus wiens stoffelijke resten in de Abdij van Egmond worden vereerd, heeft nooit bestaan. Hoezo niet? Hij wordt toch al sinds de middeleeuwen vereerd? Laten we op een rijtje zetten wat we over hem weten. Adelbertus wordt in de katholieke traditie gezien als één van de elf missionarissen die zou zijn meegereisd met de heilige Willibrordus, die in 690 naar Nederland kwam om hier het Christendom te prediken. In geen enkele schriftelijke bron uit die tijd wordt de naam Adelbertus genoemd, maar goed, dat terzijde. Volgens een levensbeschrijving uit de tiende eeuw, die ruim 250 jaar na de dood van Adelbertus werd samengesteld, zou de Egmondse streekheilige een bescheiden man zijn geweest, die zich nabij het toenmalige buurtschap Hallem (het latere Egmond-Binnen) zou hebben gevestigd. Na zijn dood, omstreeks 740, zou hij op de huidige Adelbertus akker zijn begraven, waar – volgens de traditie – allerlei wonderen zouden zijn gebeurd. Tweehonderd jaar later kreeg de Egmondse non Wilfsit een droom waarin Adelbertus haar opdroeg om zijn stoffelijke resten te herbegraven in haar klooster in Egmond binnen, waar later de Abdij zou worden gebouwd, nadat de zusters waren verhuisd. Het probleem is de datering van de stoffelijke resten. In 2008 werd er door de stichting Cultureel Erfgoed Noord-Holland, in opdracht van de gemeente Bergen, waaronder Egmond valt, een officieel rapport gemaakt waarin antwoord moest worden gegeven op de vraag of de Adelbertusakker en het gebied van en rond de Abdij archeologisch gezien van waarde zouden zijn. Aan het onderzoek is amper ruchtbaarheid gegeven. Vreemd, want het stuk bevat wel degelijk wetenschappelijke nieuwswaarde: uit forensisch onderzoek van de stoffelijke resten in de Abdij, o.a. met de C14 methode, bleek namelijk dat het om een 40 tot 50 jarige man betrof die in de tweede helft van de zevende eeuw moest zijn overleden, dus ergens tussen 650 en 700 na Chr. Vervelend voor iedereen die in Adelbertus gelooft, want volgens de traditie arriveerde Willibrordus in 690 in de Lage landen en zou de Egmondse heilige in 740 zijn overleden. De stoffelijke resten kunnen onmogelijk tot bedoelde Adelbertus behoren, ze zijn te oud.
Sinds jaar en dag worden er in historische kringen felle discussies gevoerd over Adelbertus. De Alkmaarse oud-archivaris W.A. Fasel gelooft niets van de traditionele theorieën. Hij heeft minutieus onderzoek gedaan naar de heilige en is ervan overtuigd dat Adelbertus in de tiende eeuw werd geïmporteerd door de monniken uit Gent die de Abdij van Egmond stichtten. Zij vereerden een andere Adelbertus, afkomstig uit Noord-Frankrijk, wiens heiligendag toevallig 25 juni was. Fasel was stomverbaasd om pas enkele jaren geleden per toeval het officiële rapport van de gemeente Bergen onder ogen te krijgen. Waarom verdween het onderzoek in een gemeentelijke bureaula? Waarom zou men niet mogen weten dat de stoffelijke resten in de Abdij onmogelijk van een metgezel van Willibrordus kunnen zijn? Spelen er traditionele of religieuze motieven? Of zijn er misschien commerciële redenen om de bevindingen geheim te houden? Je zou het haast denken. Fasel is dikwijls aangevallen op zijn onderzoek naar Adelbertus, ook uit commerciële hoek. Op 12 juni 2009 verscheen bijvoorbeeld in het Noord-Hollands Dagblad de volgende passage van culinair redacteur Jurriaan Geldermans naar aanleiding van zijn bezoek aan Eetcafé De West in Egmond: “Het is doodzonde dat de Alkmaarse archivaris drs. W.W. Fasel de Egmondse geschiedenis rond Sint Adelbertus afbrandt, want die historie is interessant genoeg. Zeker ook voor dit restaurant bezoek (sic:?) Dus doen we maar even of Fasel niet bestaat (noem hem Fabel) en onze neus bloedt.”
Een heilige als Adelbertus is goed voor de toeristische omzet. Hij trekt al eeuwenlang pelgrims en geïnteresseerde bezoekers aan. In de middeleeuwen is de Abdij is er groot en machtig door geworden. Het is de Adelbertianen gegund, maar ze moeten de ware geschiedenis niet verdoezelen. Dat heeft de arme man wiens resten in het hoofdaltaar van de abdijkerk zijn opgenomen niet verdiend. Wie hij ook geweest moge zijn.
Chris Houtman
Fotobijschriften:
Adelbertusschool Alkmaar
Bord op Adelbertusakker
Veldkapel op Adelbertusakker
Adelbertus, prent uit 1750, maker onbekend / Collectie Regionaal Archief Alkmaar / PR 1001985.
Klik op één van de afbeeldingen voor een vergroting.