Culinaire tip van de week: een klassieke Wiener schnitzel
Ondergewaardeerd, maar mits goed bereid een culinair hoogstandje
Gepubliceerd: 14 juni 2024
Wist je dat de oorsprong van de Wiener schnitzel niet in Wenen ligt? Deze schnitzel wordt van kalfsvlees gemaakt en is via Italië in Wenen beland. Het is een simpel gerecht, maar niet gemakkelijk om perfect te krijgen. Een perfecte Wiener schnitzel vereist dun gesneden vlees en een korst die na het bakken loskomt van het vlees en souffleert. Om dit te bereiken, moet je vlees van hoge kwaliteit gebruiken en het vlees niet van tevoren paneren. Let er ook op dat je het broodkruim niet op het vlees drukt, anders zal de korst niet goed loskomen van het vlees.
Met dit recept kun je thuis gemakkelijk de perfecte Wiener schnitzel maken en je gasten verrassen met dit heerlijke gerecht! Ik bereid het zo’n 3 of 4 keer per jaar.
Wat heb je nodig:
4 plakken kalfsvlees van 120-150 gram per persoon gekocht bij de lokale slager
fijn paneermeel
5 eieren losgeklopt
500 g bloem
1 liter zonnebloemolie of 700 g reuzel
1 citroen
zout en peper
En zo ga je te werk:
Zet 3 ovenschalen naast elkaar waar het vlees ruim in past. Doe in de ene het meel, in de andere de geklutste eieren en in de laatste het fijne broodkruim. Zorg dat het broodkruim dicht bij de pan staat waarin je gaat bakken, zo kan je in een beweging van het meel richting de pan met olie werken. Zet ook een vierde schaal klaar met keukenpapier, hier lekken de schnitzels uit na het bakken.
Verwarm de olie (of reuzel) tot 160 graden in een pan met een hoge rand en die breed genoeg is om de schnitzel in te bakken. De olie moet ongeveer 5 cm hoog zijn, hoog genoeg zodat het vlees de bodem niet raakt tijdens het bakken. Verwarm de oven tot 100 graden om de gebakken schnitzels in warm te houden.
Werk met 1 0f 2 stukken vlees tegelijk. Bestrooi het met zout en peper. Haal het vlees door het meel en zorg dat elk gedeelte bedekt is. Schud het een beetje om overtollig meel te verwijderen. Doe het vlees in de bak met geklutst ei. Bedek het geheel met eimengsel en laat even uitlekken.
Werk nu voorzichtig. Doe het vlees in de bak met het fijne paneermeel en strooi paneermeel over het vlees. Het geheel moet helemaal bedekt zijn, maar druk het niet aan. Hoe meer je aandrukt, hoe kleiner de kans is dat het vlees souffleert.
Laat het gepaneerde stuk vlees voorzichtig in de pan met olie zakken en laat van je af vallen, zodat eventuele olie niet tegen je spettert. Schudt de pan heen en weer, zodat de hete olie rond het vlees blijft bewegen. Draai het vlees na 1 minuut voorzichtig om en beweeg de pan weer. Je kan ook het vlees bewegen, maar pas dan op dat de korst niet kapot gaat. Na ongeveer 3 minuten is het vlees goudbruin, de korst knapperig en klaar. Als het goed is, gaat het souffleren en komt de korst los van het vlees.
Haal het vlees voorzichtig uit de olie zonder de korst te breken en laat uitlekken in een schaal met keukenpapier. Hou de schnitzel warm in de oven en begin van voor af aan om het volgende stuk vlees te kruiden, te paneren en te bakken in de olie.
Eet smakelijk.
H.S