Ongoddelijkheid in Moloch
Column: Lumière
Gepubliceerd: 20 mei 2022
De Nederlandse filmcultuur is geen internationaal hoogstandje. Dat is eenmaal wat het is, wij hier in Nederland kijken al met moeite naar de schaarse selectie van big budget films die hier jaarlijks worden geproduceerd. Ze lijken allemaal precies te missen wat de Scandinavische, Franse of elke nationale succesvolle filmindustrie heeft; een nationale voetdruk. Een ‘eigen’ geest als het ware. Wat ik nou een goddelijke gunst zou vinden, is als we dat in Nederland ook zouden krijgen. In plaats daarvan hebben we het ongoddelijke Moloch.
We lijken hier geobsedeerd te zijn met wat in Amerika verkoopt, met als resultaat, dat we doen wat daar werkt. Maar wij zijn geen Amerika. We hebben geen Westerns en we hebben geen Detectives. We zijn een klein Calvinistisch land met onze eigen regels en onze eigen gewoontes. We zijn kleinschalig, eigenzinnig, boers en plat. Recht voor z’n raap en extreem direct. Zo ongelofelijk ‘eigen’ dat een klakkeloze overname van Amerikaanse filmcultuur niks minder is dan een verloedering van onze eigen cultuur. Maar nu, na zoveel mislukte Nederlandse, door Amerika geïnspireerde films, hebben we Moloch. Een film over een monster zo Nederlands dat het daadwerkelijk herrijst uit het graf van onze eigen bodem. De geest van een Veenlijk. Dat is zo bijzonder ‘eigen’ dat het zich niet elders kan afspelen. En zelfs nu gaat het nog mis. Het is werkelijk waar niet te bevatten het met een onderwerp zo Nederlands als dit het nog steeds niet lukt om een Nederlandse film te maken.
Moloch vertelt, of tracht het verhaal te vertellen, van een familie die geplaagd wordt door de geest van een veenlijk in de grip van een paganistische god genaamd Moloch. Ik zeg hier doelbewust ‘tracht’ omdat de film zo geobsedeerd lijkt met het invoegen van clichés dat het verhaal grotendeels verdwijnt achter de voorspelbare verhaal elementen. Buiten het veenlijk plot hebben we namelijk te kampen met een verwarrend scala aan verhaallijnen en karakters, waarvan geen of weinig een daadwerkelijke functie lijken te dienen. Veel irrelevante en ondoeltreffende informatie is er in ieder geval. Maar goed, Nederland en film. Zoals ik zei, de kern is zo oer-Nederlands dat Amerikanisatie onmogelijk lijkt, en toch lukt het.
Deze verhaal elementen zijn grotendeels geleend uit Amerikaanse Horror clichés en daarbij leent de film het volledige verhaal van de Amerikaanse film Hereditary (2018). De film is half Engels gesproken. Daarbij komt kijken dat er Nederlanders Engelse woorden in de mond nemen die zo ver afstaan van het ‘Nederlandse Engels’ dat wel internationaal bekend is dat de geloofwaardigheid samen met de interesse en spanning volledig het veen inzakt. Het doel hiervan zal ongetwijfeld een breder internationaal marktbereik zijn, maar zolang een Nederlandse film niet zijn eigen ding doet, gaat het ook zeker niet in het buitenland verkopen. Helaas is er wederom een Nederlandse mythe tot halfbakkendheid geïnternationaliseerd en hebben wij als land weer een gigantische hoeveelheid geld tegen een waardeloze film aan gegooid. Het is weleens klaar Nederland. Kunnen we nou niet voor één keer in de godsonheilige naam van Moloch een goede Nederlandse film maken, al moeten we over honderd veenlijken gaan, ik vind dat we het verdienen.
Lumière