“Vuurwerk? Liever de lucht in!”
Column: John van der Rhee
Gepubliceerd: 6 januari 2023
Het is elk jaar raak; de discussie over wat “we” nu eigenlijk met vuurwerk zouden moeten. En dat is wat betreft een aantal ongekozen bestuurders, dierenliefhebbers, medici, hulpverleners, (linkse) politici een duidelijke keuze; verbieden!
Er is echter bij de jaarwisseling 22-23 in Nederland voor 110 miljoen euro aan vuurwerk de lucht ingeschoten. Als je bedenkt dat er in een aantal grote steden ook nog eens een vuurwerkverbod was (o.a. Amsterdam, Nijmegen, Rotterdam, Haarlem), is dit rationeel gezien een verbijsterend hoog bedrag voor circa 2 uur van lichteffecten in de lucht. Die verboden lichteffecten waren trouwens ook ruimschoots boven het “vuurwerkvrije” Amsterdam, Nijmegen, Rotterdam en Haarlem te zien, zo begreep ik.
Als het vuurwerkspektakel op Oudjaarsnacht dus een volkspeiling was over het antwoord op de vraag wat “we” nu eigenlijk met vuurwerk zouden moeten doen, dan is het antwoord van Nederland vrij duidelijk.
En dat is natuurlijk niet heel vreemd. Want het wijd en zijd verspreide volksgebruik om even lekker vuurwerk af te steken, is bij uitstek geschikt om, als soort ventielmoment, stoom af te blazen van het afgelopen jaar en zo het nieuwe jaar in te luiden.
Maar, even terug naar de feiten. Dan weten we waar we het over hebben. Immers, wat is de huidige stand van zaken? Het is 364 dagen plus 16 uur op de 365e dag van het jaar, verboden om vuurwerk af te steken. Daarnaast is het ook verboden om knalvuurwerk af te steken. Verder is alleen gekeurd vuurwerk, zoals verkocht door de reguliere vuurwerkverkoper, toegestaan. De rest van de tijd is vuurwerk in al zijn verschijningsvormen (behalve F1; “kindervuurwerk”) nu al verboden, in heel Nederland.
Samengevat; het is maximaal 8 uur per jaar toegestaan om uitsluitend legaal siervuurwerk af te steken.
De vraag is of dit gehandhaafd wordt. De vraag stellen is hem beantwoorden. Het is nu al godsonmogelijk om het verbod gedurende die 364 dagen plus 16 uur, te handhaven. In de steden waar (linkse) stadsbesturen deze traditie meenden te moeten verbieden is ook niet gehandhaafd (in Amsterdam zijn een paar waarschuwingen uitgedeeld, in heel Haarlem 12 bekeuringen, maar dan heb je het wel gehad…). Bij de eenheid Noord-Holland (politie) was zelfs sprake van een forse vermindering van het aantal incidenten en aanhoudingen. En de brandschade dan, vraagt u? De brandweer kreeg deze jaarwisseling minder meldingen dan bij Covid-jaarwisselingen, toen vuurwerk wel volledig verboden was.
Maar vuurwerk gaat gepaard met risico’s, dat is zeker. Binnen 2 uur, eenmalig per jaar samengebald op Oudjaarsnacht gebeurt er veel op dit gebied en dat heeft impact, maar hoe verhoudt zich dit eigenlijk tot wat er verder plaatsvindt in ons land?
Er worden jaarlijks zo’n kleine 2000 verongelukte ski-ers met gipsvluchten gerepatrieerd, er is zelfs een prins enige tijd terug overleden bij een ski-ongeluk, maar skiën wordt niet verboden. Het risico wordt aanvaard. Hetzelfde gebeurt bij de velen die het heerlijk vinden om in de vrije tijd te wielrennen, waarbij menig (verkeers-)ongeluk helaas plaatsvindt. Dat risico wordt aanvaard. De honden die inderdaad lijden onder het (nu al verboden) geknal, daarvan zorgt een aantal voor zo’n 150.000 bijtincidenten per jaar, waarvan 30.000 ernstig. Dat risico wordt aanvaard.
En de reltrappers dan, het gajes dat politie, brandweer en ambulances bekogeld? Die doen dat helaas het hele jaar door, of het nu bij een gewonnen voetbalwedstrijd is, bij een demonstratie tegen god-mag-weten-wat-nu-weer, of bij Oudjaar. Het hele jaar stevig optreden tegen die ellendelingen, is een begin. Aangevuld met een meldingsplicht voor de komende 5 jaar op Oudjaarsavond. Dat is wat mij betreft beter dan al die miljoenen welwillende Nederlanders hun jaarlijkse potje vuurwerk te gaan verbieden.
Dus, vuurwerk? Alleen gedurende die 8 uur dat het toegestaan is, liever de lucht in!
John van der Rhee
(bij het schrijven van deze flessenpost heb ik dankbaar gebruik gemaakt van columns geschreven door met name Gert Jan van Schoonhoven (EW) en Rik Smits (eigen site).