Waar gaan we ons geld aan uitgeven?
Column: Simone Meijnen
Gepubliceerd: 18 juni 2021
Juni staat voor de gemeenteraad in het teken van jaarrekening en de voorjaarsnota. In de jaarrekening wordt een beeld gegeven van de bezittingen en schulden van de gemeente en wat daarin is veranderd het afgelopen jaar. Er staat in wat de gemeente heeft ontvangen en uitgegeven in dat jaar. De gemeente krijgt ieder jaar geld van de Rijksoverheid. Daarmee kunnen we onze wettelijke taken uitvoeren. Dat is bijvoorbeeld openbare orde en veiligheid handhaven, het bieden van tijdelijk verblijf aan mensen die geen dak boven het hoofd hebben, investeren in kunst & cultuur, goede onderwijsvoorzieningen en jeugdhulp regelen, enzovoort. Daarnaast heeft de gemeente ook inkomsten door bijvoorbeeld onroerende zaakbelasting, rioolheffing en afvalstoffenheffing
Het geld dat de gemeente krijgt van de Rijksoverheid komt uit het gemeentefonds, een speciale pot. De Rijksoverheid informeert de gemeenten in mei, september en december over de omvang en de verdeling van het geld dat voor de gemeenten beschikbaar is. Ik zal jullie niet vermoeien met hoe die verdeling is georganiseerd, maar het komt erop neer dat er nooit zekerheid is over hoe het financiële plaatje er de aankomende periode uitziet. De ene keer valt het mee en de volgende keer tegen. Het is afhankelijk van hoe het Rijk ervoor staat. Extra uitgaven en bezuinigingen hebben direct invloed op het geld dat de gemeente krijgt.
In de voorjaarsnota, of kadernota, geven we antwoord op de vraag: Wat gaan we het komende jaar doen met het gemeentegeld? We gaan dus eerst, met behulp van de jaarrekening de huidige financiële situatie van de gemeente onder loep nemen en daarna nieuwe prioriteiten stellen.
Het college van burgemeester en wethouders heeft een eerste versie van de nota opgesteld en nu mogen wij, de gemeenteraad, wijzigingen voorstellen. Als we het daar met z’n allen over eens zijn, op 28 juni, gaat het college dit weer allemaal verwerken in de begroting voor 2022. Daarover gaan we in het najaar beslissen.
De afgelopen jaren, vóór de crisis, ging het onze gemeente goed. We hebben een prachtige gemeente waar veel toeristen en winkelend publiek kwamen. Er waren veel gewaardeerde evenementen op het gebied van cultuur en sport. De coronacrisis heeft er ook in Alkmaar flink ingehakt op financieel gebied en zicht op de gevolgen is er nog maar beperkt.
De vragen waar we nu voor staan zijn: Hoeveel het Rijk gaat bijdragen en hoeveel zal er nodig zijn om de samenleving weer goed te laten draaien? Wat vinden we belangrijk dat door blijft gaan? Wat móeten we blijven doen waar kunnen we wel zonder? Wat zullen de kosten en gevolgen zijn als we tijdelijk zaken stoppen en later weer willen opstarten?
Ik geloof erin dat we in Alkmaar moeten versterken wat waardevol is, investeren in de mogelijkheden en kansen van onze inwoners, in een duurzame samenleving waarin aandacht is voor het milieu, participatie, diversiteit, goed onderwijs, goede bereikbare zorg, stimuleren van bedrijvigheid en betaalbare woningen.
Hiervoor ga ik me inzetten bij het bespreken van de voorjaarsnota. Zodat Alkmaar, na de coronacrisis, snel weer een bruisende welvarende gemeente zal worden.
Simone Meijnen
Raadslid voor D66-Alkmaar